• Engels woordenschat
The Bathroom
(De Badkamer)
het bad
de douche
de douchekop
de zeep
de zeepbel
de shampoo
de wasbak
het gootsteenputje
de tegels
de kraan
de druppel
het toilet
het toiletpapier
de tissues
de wcborstel
de ontstopper
de handdoek
het handdoekenrek
de weegschaal
zeepsop
bathtub
shower
shower head
soap
bubble
shampoo
sink
drain
tile
faucet
drip
toilet
potty (kids)
toilet paper
kleenex, tissues
toilet brush
plunger
towel
towel rack
scale
suds